WAT IS DE (GROTE) VERDRUKKING?


Mattheüs 24
Want dan zal er een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is vanaf het begin van de wereld, tot nu toe, en zoals er ook nooit meer zijn zal.


Openbaring is volgens velen een moeilijk, vrijwel niet uit te leggen boek. Maar, dat Openbaring niet zo lastig te begrijpen is als je het in de juiste context leest en de chronologie goed begrijpt, hebben we in een ander artikel uitgelegd. In dit artikel gaan we in op de vraag wat de (grote) verdrukking is.

In de meeste Nederlandse kerken wordt helaas weinig of niks gezegd over de eindtijd. Bijbelse profetie komt amper ter sprake, terwijl bijna 30% van de Bijbel uit profetie bestaat! Diegenen die bekend zijn met Bijbelse profetie weten dat de verdrukking van zeven jaar in twee periodes van elk drieënhalf jaar wordt verdeeld. Sommigen noemen de hele periode de grote verdrukking, terwijl anderen spreken over de verdrukking met als tweede helft van deze verdrukking de "grote verdrukking". De woordkeuze maakt niet veel uit, zolang we maar beseffen dat de hele periode van zeven jaar een vreselijke tijd zal zijn. De tweede periode zal nog extremer zijn als de eerste periode.

De (grote) verdrukking is dus een toekomstige zevenjarige periode waarin God Zijn plan met Israël zal voltooien en Zijn oordeel over de ongelovige wereld zal vellen. De Gemeente van Christus (alle mensen die Jezus als God en Verlosser aanvaard hebben), zal de grote verdrukking niet meemaken, omdat de Gemeente van Christus verwijderd zal worden (opname van de Gemeente: 1 Thessalonicenzen 4, 1 Korinthe 15). In de Bijbel wordt ook met andere benamingen naar de grote verdrukking verwezen:

1.  De dag van de Heer (Jesaja 2:12; 13:6, 9; Joël 1:15, 2:1, 11, 31, 3:14; 1 Tessalonicenzen 5:2)
2.  Nood of benauwdheid (Deuteronomium 4:30; Sefanja 1:15)
3.  De "grote verdrukking", of "een tijd van enorme verschrikkingen" (Matteüs 24:21)
4.  De tijd van verdrukking of rampspoed (Daniël 12:1; Sefanja 1:15)
5.  De tijd van benauwdheid voor Jakob (Jeremia 30:7)

Om het moment van de grote verdrukking vast te kunnen stellen en te kunnen begrijpen, lezen we Daniël 9:

Zeventig weken zijn er bepaald over uw volk en uw heilige stad, om de overtreding te beëindigen, de zonden te verzegelen, de ongerechtigheid te verzoenen, om een eeuwige gerechtigheid tot stand te brengen, om visioen en profeet te verzegelen, en om de Heiligheid van heiligheden te zalven. U moet weten en begrijpen: vanaf de tijd dat het woord uitgaat om te laten terugkeren en om Jeruzalem te herbouwen tot op Messias, de Vorst, verstrijken er zeven weken en tweeënzestig weken. Plein en gracht zullen opnieuw gebouwd worden, maar wel in benauwde tijden. Na de tweeënzestig weken zal de Messias uitgeroeid worden, maar het zal niet voor Hemzelf zijn. Een volk van een vorst, een volk dat komen zal, zal de stad en het heiligdom te gronde richten. Het einde ervan zal zijn in de overstromende vloed en tot het einde toe zal er oorlog zijn, verwoestingen waartoe vast besloten is. Hij zal voor velen het verbond versterken, één week lang. Halverwege de week zal Hij slachtoffer en graanoffer doen ophouden.

Daniël noemt dus zeventig weken en "uw volk". Dit "volk" is het volk Israël, de Joden. In een ander artikel hebben we uitgelegd dat deze weken geen weken zijn, maar een set van zeventig jaren van ieder zeven jaren (dus 490 jaar), waarbij een jaar uit 360 dagen bestaat. Daniël 9 noemt een tijdsperiode die God heeft vastgesteld "om de overtreding te beëindigen, de zonden te verzegelen, de ongerechtigheid te verzoenen, om een eeuwige gerechtigheid tot stand te brengen". God verkondigt dat al deze dingen in "70 weken" vervuld zullen worden. Daniël profeteert ook dat de Messias na exact 69 weken vermoord zou worden. Deze profetie is tot op de dag nauwkeurig uitgekomen! Bijbelse historici bevestigen dat er inderdaad 483 jaar (96 x 7) verstreken zijn tussen de uitvaardiging van de verordening om Jeruzalem te herbouwen en het moment waarop Jezus werd gekruisigd.

Met 483 verstreken jaren (tussen de verordening om Jeruzalem te herbouwen en de dood en opstanding van Jezus Christus) blijft er één periode van zeven jaar uit Daniël 9 over die nog vervuld moet worden. Deze zevenjarige periode is de (grote) verdrukking.

Daniël 9 leert ons meer over de grote verdrukking:

Hij zal voor velen het verbond versterken, één week lang. Halverwege de week zal Hij slachtoffer en graanoffer doen ophouden.

"Hij" in Daniël 9 is niemand anders dan de antichrist! Jezus noemt hem in Matteüs 24 de "verwoestende gruwel" en Openbaring 13 spreekt over "het beest". In Daniël 9 lezen we tevens dat de antichrist een verbond zal sluiten voor een periode van zeven jaar, maar dat hij dit verbond na drieënhalf jaar zal verbreken. In Openbaring 13 lezen we dat het beest een afbeelding van zichzelf in de tempel zal plaatsen en van de wereld zal eisen dat deze hem zal aanbidden. We lezen in hetzelfde hoofdstuk dat deze periode drieënhalf jaar zal duren (tweeënveertig maanden):

En het werd een mond gegeven om grote woorden en godslasteringen te spreken, en het werd macht gegeven om dit tweeënveertig maanden lang te doen.

Omdat volgens Daniël 9 dit in het midden van de week gebeurt, en omdat we uit Openbaring 13 weten dat het beest dit gedurende een periode van tweeënveertig maanden zal doen, is het gemakkelijk na te gaan dat de totale lengte van deze tijdsperiode 84 maanden, dus zeven jaar is. In Daniël 7 lezen we:

Woorden tegen de Allerhoogste zal hij spreken, de heiligen van de Allerhoogste zal hij te gronde richten. Hij zal erop uit zijn bepaalde tijden en de wet te veranderen, en zij zullen in zijn hand worden overgegeven voor een tijd, tijden en een halve tijd.

In Openbaring 11 lezen we:

Maar laat de buitenste voorhof van de tempel erbuiten en meet die niet, want die is aan de heidenen gegeven. En zij zullen de heilige stad vertrappen, tweeënveertig maanden lang. En Ik zal Mijn twee getuigen macht geven, en zij zullen, in rouwkleding gekleed, twaalfhonderdzestig dagen lang profeteren.

In Daniël 12 lezen we:

Van de tijd af dat het steeds terugkerende offer weggenomen zal worden en de verwoestende gruwel opgesteld zal zijn, zijn het duizend tweehonderdnegentig dagen. Welzalig is hij die blijft verwachten en duizend driehonderdvijfendertig dagen bereikt.

De extra dagen die hier genoemd worden zouden ook de tijd aan het einde van de verdrukking kunnen zijn waarin de volken worden veroordeeld (Matteüs 25) en de tijd waarin het duizendjarige koninkrijk van Christus wordt ingesteld (Openbaring 20).

De Bijbel leert ons dat de grote verdrukking een vreselijke tijd zal zijn. Maar, diegenen die Jezus aanvaard hebben als God en Verlosser zullen deze verschrikkelijke tijd niet hoeven mee te maken. Heb je Jezus Christus nog niet aanvaard als God en Verlosser? Heb je de gratis gift van gerechtigheid nog niet ontvangen, maar wil je het wel? Lees dan Romeinen 10:9 en bid dan bijvoorbeeld onderstaand gebed:

Hemelse Vader. Ik aanvaard Jezus Christus als God en Verlosser. Ik geloof dat Jezus voor al mijn zonden gestorven is, en dat Hij uit de dood is opgewekt. Door het geloof in Uw Woord ontvang ik redding. Ik dank U voor de vergeving van al mijn zonden. AMEN.

Vragen? Gebed of hulp nodig?
Bel of mail ons →


info@gelooft.com | Facebook